Maak  Kennis  Met  Kennis
En  Blijf  Bij  Kennis.

Politiek  Periek  (23).   Expansie.

Het valt niet te ontkennen, dat alles wat groeit groter wordt, zich uitzet; en is
er een expansie tegen alle druk en zwaarte van tegendruk en zwaartekracht in,
dan ligt daar een innerlijke expansiedrift aan ten grondslag.

Maar de natuur trekt zich ook op zichzelf terug, heeft zeg maar ook een
middelpuntzoekende werking, een centraal gerichte, expansie intomende  
trekkracht.

Zo krijgt de jeugd in reeds het opgroeien al meer zelfbewustheid,
persoonlijkheid, "ik"-ontwikkeling; al meer de gedrevenheid en bedrevenheid
om zelf de touwtjes en trekkrachten in handen te hebben de eigen
bestaansgrenzen te spannen, scherp en vast te stellen.

Maar toch, dan ook juist, in de kracht van het leven, gist het in ieder mens, in
elke menselijke staat en mensenstaat; en schuimt hij als het ware over, over
de vastgestelde grenzen naar méér  -  voor persoonlijk(e) zichzelf/bezit/
toewijding.

Fysiek en primitief, verschaft hij zich dan handmatig met geweld meer
bestaansruimte en emplooi; meer psychisch en beschaafd evenwel, is hij
daarmede meer spreekvaardig en (mis)leidend bezig, en is zo in het groot niet
eerstens in een militaire strijd verwikkeld, met essentieel zijn fysieke
vaardigheden, maar met meer psychische vaardigheden in een politieke
twist  -  want politiek bedrijf is vooreerst juist zozeer een geestesbedrijf.

Wordt en is voorts deze expansiedrift een maatschappelijke eis, in allerlei
productie en bestuur, bestaansverschaffing en onderwerping, naar succes
en voldoening/vervolmaking, dan worden die krachten meer doelmatig
gebundeld en gericht voor nog weer een menigte van veroveringsdoeleinden
en veroveringstochten.

Langs deze ontwikkeling centraliseert en concentreert zich voorts elke staat
en staatsoverheid jegens/op de ander, als de vreemde en de vijand, om, als
elkaars (beoogde) buit, elkaar te beoorlogen als  -  in althans de meer zich
bedenkende wereld  -  aanhangsel en uitvloeisel van een niet succesvol
gesloten overeenkomst/vrede en een zo te hoog opgelopen politieke
(be)twist(ing).


Met de vrede op het oog behoeft het dan geen nader betoog, dat elke meer
overkoepelende overheid de dwingende taak heeft zichzelf te bedwingen en
lagerop ook elke overschrijding van bij wet vastgestelde grenzen.

Zo doende, is elke overheid dan met recht met machts- en
bedwingingsmiddelen uitgerust.

Om evenwel ook de (overmatige) druk dier menselijke driften voldoende weg
te nemen, is het tevens de meer culturele en sociale opdracht voor die
overheden, dienend ook tot algemeen welzijn en vrijwillige handhaving der
openbare orde, zorg te dragen voor de mogelijkheden van een meer
ineffectieve, wat verkwistende drift en overdruk afvloeiing, zoals in sport en
andere zelfbeoefende ontspanning; of om allerlei spanning en inspanning te
kunnen investeren en aanwenden in een of andere beschaafde specialisering,
beroepsopleiding/-uitoefening, mentale- en practische levensverbetering,
enzovoort, op elk zijn eigen leefgebied.



                                                               * - * - *