Maak  Kennis  Met  Kennis  En  Blijf  Bij  Kennis.                                                         
                                                                                
                                                                                  
                                                                                   
                                                                                  
 Denkhema  37.    Het biobad  -  zijn gesteldheid.
                                                          

Het biobad is een unobad, dat in c-veldbotsingen  wordt voortgebracht en
voorts nader geïnstalleerd/ingevuld/opgevuld uit de omringende unodeeltjes/
atomen middels c-veldenoverdracht.
Met reeds twee voorname gegevens/instellingen uit deze "achterliggende"
c-veldentoevoer/-bewerkstelling voor/in het biobad("scheepje"), als zeg de
eerste twee beginselen waarmede het voorts als vanuit zichzelf
("varend"/)voortvarend kan voortbestaan; namelijk de instellingen van
(aardende) zelfhandhaving en (vitale) stabilisering  -  als van een
"geworteld"/standhoudend en/respectievelijk evenwichrig/constructief
voortbestaan.
Deze twee beginselen, als fundamenteel van onderaf ingegeven, zijn voor/in
een biobad de eerste twee instellingen in een/zijn gezet basisbestaan,
waarmede op basaal niveau het biobadbestaan (mede) wordt voortgezet  -  
door centraal de duokern en concentraal het neutrobad met (eerstens zijn)
neutro/neutrospin.
Hierbij wordt in het vervolg ook wel gesproken van (centraal) de zogenaamd
beschikkende duokern en (concentraal) het(/de) zogenaamd schikkend(e)
neutro(spin/-bad).
Aldus, wordt een biobad aldoor op/vanuit fundamenteel/aanleggend niveau
    
door c-veldbotsingen /
    c-velden gemaakt/
    opgemaakt; en werkt een
    biobad op basaal niveau
    al beschikkend en schikkend
 
  (mede) aan zijn behoud/
    onderhoud.
    Maar nu eerst een wat
    nadere indeling van zo'n
    beschikkend en schikkend
    werkzaam biobad, in
    betrekking ook tot zijn
    daartoe omringende
    unodeeltjes/atomen.

    Een biobad (bb; figuur a.)
    wordt eerstens op/vanuit
    fundamenteel niveau (fd)
  middels c-veldbotsingen
(vb) door c-veldenenergie (ve - ve) en c-veldenoverdracht (vo-vo) vanuit de
omringende unodeeltjes/atomen (u/a, u/a) aldoor opgeleverd en opgevoerd.
Dit een en ander verandert wat/meer door een verandering van de
desbetreffende c-veldenconstellatie, de c-veldenenergielading,
het c-veldenoverdrachtpatroon, bij ook enige (gravitatie)mobiliteit, enige
electrische en/of magnetische invloed daarbij vanuit de omringende
unodeeltjes/atomen  -  enzovoort.
Maar intussen is er op basaal niveau (ba) een eerste indeling te maken van
wat aan biobad, met zijn kring aan leveranciers, is opgeleverd uit fundamentele
(c-veldbotsingen)bron.
Met als allereerste indeling de zogenaamde interne zone (iz) en de
zogenaamde externe zone (ez - ez) van een biobad mét zijn onafscheidelijke
kring van leveranciers/begunstigers.

En wordt elk van deze beide zones nog weer onderverdeeld in twee subzones.
De interne zone bestaat aldus uit, aardend en centraal, de zogenaamde
beschikkende duokernzone (kz).
En als tweede subzone uit, al vitaler (waarvan nog nader) en concentraal, de
zogenaamde schikkende-, aldoor evenwichtmakende/stabiliserende alswel zelf
aldoor (absoluut) evenwichtige neutrozone (nz - nz)  -  van neutro, neutrospin,
neutrobad.
Deze beide subzones, de standhoudende/beschikkende en de stabiliserende/
schikkende, als aldoor als zodanig/zodoende opgevoerd vanuit fundamenteel
een voortdurend c-veldencontact onder een zekere c-veldenconstellatie,
behoren basaal tot de bestendige, het biobad aldoor bestendigende
uitrusting van een biobad(samen)gesteldheid.

En ten tweede de externe zone, die eerstens, actief (ac) en decentraal het
biobad eigen, bestaat uit de zogenaamde, spreikrachtig (sk) werkzame
omgevingszone (ogz - ogz).
Voor het behoud van een constructief (voort)bestaan en opwassen van een
biobad, is deze actief krachtige omgevingszone dienstig aan zowel de
    
beschikkende duokernzone
    alswel de schikkende
    neutrozone  -  in zowel
    enige ten uitvoer brenging
    alswel in enige aanvoering/
    invoering vanuit de kring der
    unodeeltjes/atomen.
 
  Overheerst van het trio
    beschikkend-schikkend-
    dienstig de (be)dienende  
    activiteit, dan werkt dit
    aangaande het biobad
    veelal destructief tot en
    met een vergaan van dat
    biobad.

    Met tenslotte als laatste
    subzone, behorend tot de
    externe zone, de zogenaamde
    ommestandszone (osz - osz).
    Tot de ommestandszone
                                                                                behoren de desbetreffende
unodeeltjes/atomen als de kring van omstanders om dat biobad.
Er is aldus immer sprake van een zogenaamd biobadcomplex (bbc)  -  van
biobad én omringende, onafscheidelijk tot dat biobad behorende unodeeltjes/
atomen.
Een biobadcomplex, bestaande uit een interne zone en een externe zone,
waarbij de interne zone bestaat uit de duokernzone en de neutrozone, en de
externe zone uit de omgevingszone en de ommestandszone  -  als nader
ingedeeld een biobadcomplex in zijn gelegenheid.

Maar er is ook een indeling van een biobad wat betreft zijn natuur  -  hier
meer stoffelijke natuur, daar meer levende natuur.
Ofwel de zogenaamde (levende/)organische-(stoffelijke/)anorgamische
indeling van de gesteldheid van een biobad  -  en waarvan nu vervolgens
wat nader.

Allereerst, heeft een unobad, en daarmede tevens een biobad (bb; figuur b.)
als van zichzelf ook een drietal spillen  -  een "verticale" v-spil (vs), een
"horizontale" b-spil (bs) en een (nogal) "horizontale" s-spil (ss).
De v-spil bestaat eendeels uit de oerkrachtige (ok) electrische (el) afgang
tot in oerniets (on) en anderdeels uit het opperwezen (ow) als de opgang
tot in de Transcendente kosmos (Tr).
Van haar eerste bestaan af, doet de v-spil als oerkrachtige/electrische
afgang tot in oerniets zich krachtig gelden  -  in evenwel vooral het
standvastig zich vestigen van de duokern (dk).
Het opperwezen daarentegen, in de opperoptiek (oo), is aanvankelijk van
nog maar een weinig standhoudend geordende bouw.
De bouw/constructie van het opperwezen wordt pas te hechter naarmate het
biobad, en daarin vooral ook de duokern, als de "voet" van het opperwezen,
zich te bestendiger heeft samengesteld onder de nogal veranderlijke
omstandigheden (aan unodeeltjes/atomen; u/a, u/a,. . . ) en
c-veldenconstellaties.
Kortom, het biobad is zo in zijn eerste bestaansperiode van een meer
"horizontaal" discusmodel  -  van nog maar weinig ronding bovenzijds en
met nog minder bouw/ronding onderzijds vanwege de almaar immer wel
onstuimige oerkracht.

Het opperwezen van de v-spil, bevindt zich in de context van de
ontmoetingsrelatieve-scheidingsrelatieve opperoptiek en zelfs wel van
de ontmoetingsrelatieve-scheidingsrelatieve zo te noemen boogkracht
(bk; als het resultaat van de overdracht van de rotatiekracht van elk der
unodeeltjes/atomen).
Als tevens al ordelijker/hechter opwassend  -  "als steen voor steen
gestapeld en aan elkaar gehecht"  -  vanuit de zozeer aardenden duokern,
gelijkt het opperwezen wel op het uit het Ene opwassend Transcendente
wezen; en is althans het opperwezen van ook enige geaardheid.
Daarmede is het opperwezen, en trouwens de totale v-spil, met de
duokern van vooral een ánorganische gesteldheid  -  wat/meer aardend,
hoewel al meer doortrokken met leven, en daarmede wat/meer in
bewustheid, vanuit het neutrobad (nb) en het Transcendente bestaan.
Zelfs is het opperwezen, als "op grond van de beschikkende duokern",
wel mede al meer (ver)ordenend/(ver)ordinerend doende aangaande
allerlei activiteit, tot standkoming, enzovoort in het biobadcomplex  -  maar
hiervan nu niet nader.

Voorts de b-spil.
Deze is eerstens van een Transcendente/abstracte/rechte zetting (zie ook
denkthema 30, aan de hand van figuur e.).
Doch hier is een biobad niet slechts zonder meer een biobad waarin, hoe/
waar een biobad zich ook wendt of keert of geplaatst wordt, een
Transcendente abstracte rechte zich diagonaalsgewijs (dat unobad) tot
een hoofdligger van dat unobad zet.
Maar is een biobad als biobadcomplex tevens zozeer als gevangen in zijn
ommestandszone van omliggende unodeeltjes/atomen.
En in dit steeds hechter in elkaar stekend biobadcompléx, doorsteekt een
b-spil natúúrlijk bij voortgaande stabilisering al onveranderlijker als
hoofdverbinding/hoofdligger de/het hechte verbintenis/gebint in dit
biobadcomplex.

De b-spil is zo een statische/actieve kromme gang, waarmede/waardoor
de desbetreffende relaties  -  tussen de interne zone en de externe zone,
tussen zelfs hun subzones  -  onder elkaar met een zozeer voorgebaande
invloedrijke werkzaamheid verkeren.
In een reeds wat vluchtige beschouwing, heeft de interne zone zo middels
de b-spil een gebaand, werkzaam contact met de "buitenwereld".
De interne zone krijgt zo door de b-spil enige indruk van allerlei
omstandigheden(verloop) en kan er zich in uitdrukken; er is zo voor intern
een biobadcomplex enige inleving van wat er extern zoal gaande en
staande is, en kan het interne leven zich door de b-spil extern uitleven.
Diverse interne ervaringen (van het externe) en externe uitwerkingen/
bewerkingen (vanuit het interne) komen door (hoofdzakelijk) de b-spil
(als hoofdligger) tot stand.
Als geleid door de b-spil oefent de beschikkende duokernzone als leider,
begeleid door de schikkende neutrozone, invloed uit op allerlei
natuurlijke omstandigheden/omstanders  -  en dit veelal naar aanleiding
van enig zich werkzaam doen gelden middels de b-spil van het externe
in het interne.

Hiermede is reeds sprake van een onderlinge beïnvloeding/bewerking
tussen een biobad en zijn omstandigheden op basáál niveau van een
biobadcomplexbestaan.
Maar intussen is de eerstens zozeer áctieve b-spil, ook in evenwicht (als
eventueel zeg uitvloeiend ten leven in het rondwentelend neutro(bad),
en waarvan nog nader; maar zie van vloeistof-leven ook denkthema 34,
aan de hand van figuur d.), van een vooral ánorganische natuur  -  
waarbij dan allerlei werkzaamheden ook ónbewust worden verricht,
tenzij er enige "lekkage" is vanuit het neutro(bad) en de b-spil even
door wat/meer leven wordt doortrokken.

   Verder, de s-spil.
   Zoals al eerder
   uiteengezet, bergt de
   s-spil de resultanten
   van én de "verticale"
   (als opperwezen wat/
   meer aardende) v-spil
   (in evenwicht) én de
   "horizontaal" zozeer
   actieve b-spil (in
   evenwicht).
   Evenals de v-spil en
   de b-spil, is ook de
   s-spil van een
lineaire strekking; al ontmoetingsrelatief-scheidingsrelatief werkzaam
indiceert, zeg maar, de s-spil allerlei "doen en laten" van de v-spil én
de b-spil gezaam.
Zo'n indicatie verloopt, indien de v-spil en/of de b-spil verloopt naar
overwegend ineen of naar overwegend uiteen; maar zijn deze beide
spillen in evenwicht, dan is althans aan een voorwaarde voldaan voor
een evenwichtige blijvende indicatie als resultaat inzake de
resulterende s-spil.
Als resultante van een nogal aardende/anorganische v-spil en van een
zozeer actieve/anorganische b-spil, mag een s-spil, alsmede haar delen/
indicaties, ook wel van een stoffelijke/anorganische natuur heten  -  
hoewel aard én activiteit in één wel het leven aan kan brengen, als dan
van een levendige/órganische natuur.
Maar dit moet nu voorts wat nader worden nagegaan in het nader bezien
hoe elk der twee partijen, de v-spil en de b-spil, haar bijdrage levert aan
de resulterende s-spil(indicatie).
En dan nu eerst de vervoeging daartoe van een b-spilevenwicht.

De vervoeging van een b-spil (bs; figuur c.) haar evenwicht (b-b) tot in
een zeker(e) evenwicht/indicatie (i / i) van de s-spil (ss), voltrekt zich
middels het (absoluut evenwichtig) levend neutrobad (nb).
Hiertoe dient dan éérst nog weer nader de opwas van het neutrobad
tot een levend neutrobad te worden behandeld.

Het biobad (bb) is als van zichzelf in een spreikrachtige (sk/sk) danwel
"horizontaal"  reëel krachtige aanwas en omwenteling (o/o), waaraan
ook de neutrospin (ns) alswel het neutrobad deel heeft.
Wegens de uitbreiding der uitkolkende/uitdraaiende reële kracht,
resulterend in (overwegend) een linksom draaiend(e) of overwegend
een rechtsom draaiend(e) neutrobad/neutrobadomgeving, kan/zal deze
reële kracht in contact/botsing komen met andere/dergelijke reële
krachten in omwenteling van de omstanders als unodeeltjes/atomen
(ud/at, ud/at).
Deze onderlinge beïnvloeding/inwerking/bewerking tussen een biobad
en zijn omstanders is overigens nog weer een volgende onderlinge
bewerking op basáál niveau.
Evenwel, is dit contact (c-c, c-c) meer/zeer ontmoetingsrelatief, dan is
in deze meer/zeer frontale botsing(en) het contact, de onderlinge
hechting, des te heviger en bestendiger, alsmede daarmede de
linksom draaiing of de rechtsom draaiing van de/het neutrospin/
neutrobad/neutrobadomgeving.

Het (zo) meer bestendig rondkringend neutrobad, en zijn omgeving,
bestaat dan uit légio, meer bestendig aanblijvende concentrische/
divérse kringen.
Deze aangelegde kringen zijn echter in werkelijkheid nog geen
lévenskringen  -  zoals "aangelegde buizen metterdaad nog geen
oliebuizen, waterbuizen of iets dergelijks zijn, maar pas wanneer zij
met olie of water zijn gevuld/vervuld"  -  waarin/waarmede het leven als
in absolute staat geborgen rondkringt.
Maar wordt één dier kringen een levenskring, waar hij daartoe ten leven
wordt gevuld/vervuld vanuit het evenwicht (be-be) der b-spil (zie daartoe
eventueel weer het vloeistof-leven thema in denkthema 34, aan de hand
van figuur d.).
Zo betrekt elk ander/zeker b-spilevenwicht een andere/zekere
(levens)kring tot een ander/zeker leven.
En zulk een zeker(e) leven(somloop) kruist ook nog weer de s-spil  -  als
in het overbrengen/overdragen van een zeker b-spilevenwicht tot in een
zeker s-spilevenwicht  -  alwaar de stabiliserende/schikkende
levenskring de s-spil (mede) schikt tot een s-spilevenwicht (i - i).

Nogmaals, de s-spil is de resultante van de wat aardende v-spil (waarvan
de bijdrage daaraan nog nader wordt behandeld) en de zozeer actieve
b-spil; met als resultaat een zowel wat/meer levendig natuurlijke,
organische, alswel een wat/meer stoffelijk natuurlijke, anorganische, s-spil.
Hiertoe is een s-spil wel voor te stellen als een om haar lengte-as
wentelende buisspiraal: al ronddraaiend in levendige omvoering, en in de
lengte al ineen-uiteen (u - dk - u) danwel ontmoetingsrelatief-
scheidingsrelatief wervelend trekkend in een stoffelijk bestaan.
In de toevoeging van een b-spilevenwicht hieraan middels het rondkringend(/
stabiliserend/schikkend) neutrobad, schikt de s-spil zich hierin middels een
zich wijzigende relatie tussen ineen-uiteen (aard/dk 
 i/i activiteit/u-u)     
tot een hernieuwd evenwicht (i/i).

Daarbij dient nog wel gezegd te zijn, dat niet alleen het (veranderend)
evenwicht van de b-spil als de hoofdligger in het biobadcomplex zich
"nestelt" in de organische-anorganische s-spil, maar tevens zeg zo menige
bijligger (zoals bl) tussen nog andere unodeeltjes/atomen in het
biobadcomplex.
Daarmede moet een s-spil dan weer worden voorgesteld als bestaande
uit menige, in elkaar passende "nestspiralen", warvan elke (buis)spiraal
van een andere doorsnee is  -  en heeft zo elke diametrale ligger,
hoofdligger/bijliggers, zeg maar zijn eigen buisspiraal, met daarin zijn
eigen indicatie/toets, in de s-spil.

Danwel ligt reeds middels deze vervoegingen het biobadcomplex als in
onderling afgestelde/"afgestemde"  evenwichten/toetsen in de s-spil
ondergebracht als zeg een toetsenklavier; een toetsenklavier, waarvan
de toetsen, naar de verandering van het biobadcomplex, nog wel aan
verandering, en daarmede tevens hun onderlinge afstelling, onderhevig
zijn.

      Maar: kan, omgekeerd,
      (op basaal niveau) het
      biobadcomplex zo ook
      door de s-spil met haar
      "toetsenklavier als
      worden bespeeld".
      Begeleid door het
      levendig schikkend
      neutrobad, beschikt
      de duokern (dk) ook
      over dit toetsenklavier
      van/als de s-spil  -  als
trouwens ook zelf deel uitmakend van de s-spil.
Zodra de duokern wat verandert  -  hetzij onder interne invloed als van
binnen uit bij een wat/meer veranderende v-spil, hetzij onder externe
invloed als van buitenaf bij een wat/meer veranderende b-spil, of zeg
enige bijspil  -  dan werkt deze verandering der duokern ook door in de
s-spil, in een (successievelijke) afwerking/"afspeling" van het
toetsenklavier als s-spil.
Een uitwerking van het toetsenklavier als in een (aan)gepást/aanpassend
reageren tot een zich (aan)gepast bijstellen/opstellen/instellen/enzovoort
van het biobad/biobadcomplex, op enige inkomende of uitgaande
werking der b-spil/bijspillen tot in of vanuit de duokern of/en iets
dergelijks betreffende de v-spil.

Alvorens nu wat nader in te gaan op de bijdrage van de v-spil aan de
s-spil, toch eerst nog even iets over het neutrobad.
Het neutrobad met zijn neutrospin draait al wel mede rond met het
spreikrachtig linksom of rechtsom ronddraaiend biobad  -  onder juist
ook de invloed van wat/meer botsingscontact (zoals c-c) van het biobad
met zijn al eveneens rondwentelende omstanders/unodeeltjes/atomen.
Het is juist de "horizontaal"  rondkolkende reële kracht, die hiertoe
zozeer vatbaar is danwel: cirkelt zowel ook de actieve omgeving
buitenom de neutrospin alswel het ook wat/meer reëel krachtig
neutrobad mede ronddraaiend voort.
Dat wil zeggen, niet eerstens/direct als een rondwenteling in leven,
maar wel zodra/waar enige concentrische cirkeling met leven is
gevuld/vervuld vanuit een evenwichtige b-spil/s-spil/bijspil.
"Horizontaal", reëel krachtig, wordt een biobad aldus allengs al meer
zogezegd bioplastisch gevuld met leven.
Het bioplasma van een biobad, waarmede allengs al meer begrepen
ligt het neutrobad, het neutro (zijn spin) en de actieve omgevingszone
  -  waarmede de omgevingszone allengs tot een smallere actieve
buitenzone rondom het biobad gewordt.

Of nog vollediger: het (levendig) ronddraaiend biobad draait rond als
een "draaitol", waarbij niet alleen de "horizontaal" (uit)kolkende reële
kracht rondtolt, maar ook de "verticale" as van de draaitol".
Dat wil zeggen, ook de "verticale" v-spil wordt allengs al meer van een
bioplastische gesteldheid.
De v-spil als het naar boven wat/meer nakolkend opperwezen, met
zeg rondom zijn opperoptiek, is zeker wel vatbaar voor een
bioplastisch(e) inname/bestaan.
Daarentegen naar beneden krachtig bruisend, oerkrachtig inkolkend,
des te minder.
Maar toch, zal ook "langzaam maar zeker" het biobad aan zeg de
onderkant wat/meer bioplastisch "in cultuur worden gebracht".
Echter van deze "verticale" opmars nu niet nader.
Evenwel kan reeds worden gezegd, dat een biobad bioplastisch van
een al meer zogenaamd neutraliserende gesteldheid wordt.
Een aldoor al stabiliserend/schikkend neutraliserend biobad,
waarmede het biobad aldoor van alles, als aldoor "gladstrijkend" ,
eerstens "ten eigen huize" in evenwicht houdt en brengt  -  als
wakend en aanleggend voor/op een constructief (voort)bestaan.

Overigens moet dit een en ander in zijn ontwikkeling niet al te
eenvoudig worden voorgesteld.
Eerstens, woelen er in het biobad legio kolkingen, eendeels meer
centraal oerkrachtig ín(een)draaiende kolkingen en meer decentraal
reëel krachtig úit(een)draaiende kolkingen  -  met in totaliteit centrerend
overwegend rechtsom draaiend en decentrerend overwegend
linksom draaiend, of andersom, of gezaam overwegend rechtsom
draaiend of gezaam overwegend linksom draaiend.
Tussenin centraalzijds al ínspiralend de inkolkingen en decentraalzijds
al úitspiralend de uitkolkingen, is er concentraal de geslóten
kringloop  -  de kríng(loop) als neutro en de kringlóóp als neutrospin.
Het neutro is er dan aldoor; en is de neutrospin zijn draaisnelheid
groot bij een centrerend-decentrerend met elkaar overwegend
meedraaiend kolken, en klein bij een centrerend-decentrerend
overwegend tegen elkaar in draaiend kolken.
En het biobadcomplex zal een lange historische weg van
voortschrijdende stabilisering/schikking te doorlopen hebben, alvorens
deze aanvankelijk enkele gesloten cirkeling als neutrospin zich
verwerkelijkt/vermeervoudigd heeft naar ook centraalzijds en
decentraalzijds tot legio concentrische cirkelingen  -  tot en met een
"draaitol".

Tenslotte nog wat nader de v-spil in relatie tot de s-spil.
En daartoe vooraf eerst nog een kleine uiteenzetting daaromtrent.

In een simpele voorstelling zijn "horizontaal"/basaal de s-spil en een
v-spildeel als "verticaal" een (top)punt weer te geven met een
driehoek (figuur d-1)  -  met wijd uiteen de basis (ba) en dicht ineen de
top ( t ).
En al vergelijkend komen íneen/ontmoetingsrelatief de top en úiteen/
scheidingsrelatief de basis tot een vergelijk/overéénkomst (b - to - b),
zodra hierin met elkaar in evenwicht  -  als tot in één eenheid.
Als zogezegd een eerste geschikt/stabiel/geconstrueerd ontwerp (ow)
  -  als het resultaat van een onderlinge (aan)gepaste vervoeging, zoals
"een lichaam (aan)gepast zich in een kleed voegt en het kleed
(aan)gepast om het lichaam".
Dit samenstellingsproces heet het combineren  -  van tegendelen, van
ontmoetingsrelatief tegenover scheidingsrelatief, tot in evenwichtig één
eenheid/ontwerp.

Het combineren moet derhalve niet worden verward met het hierboven
uiteengezet neutraliseren, waarin verschillende evenwichten/eenheden
(zoals die van de b-spil en die van de s-spil) met elkaar worden vervoegd
tot in een nieuw(e) (s-spil)evenwicht/eenheid.
Het ontwerp meer voorwerpelijk geduid, dan is het combineren voor te
stellen als het (aan)gepast bijeen voegen van, bijvoorbeeld, een
schoppesteel  in een schoppeblad, en dat schoppeblad om die
schoppesteel, tot in één schop(peconstructie).
Maar er zijn ook lichtere schoppen, voor lichtere werkzaamheden, en
zwaardere schoppen, voor zwaardere werkzaamheden; zoals er ook
grotere schoppen zijn, voor volwassenen, en kleinere schoppen, voor
kinderen.
Zeg het zwaardere ontwerp is verbeeld met figuur d-2., en het
grotere-kleinere ontwerp met figuur d-3.
In al deze gevallen komt het combineren/samenstellen overeen; maar
is het verschil in gesteldheid/constructie (van het samengestelde/
gecombineerde), zoals qua zwaarte/grootte/hechtheid, wel terug
te voeren op het neutraliseringsproces  -  het neutraliseren van
meer of minder geaarde evenwichten, van meer of minder talrijke
evenwichten in het geding, van meer of minder wankele evenwichten,
enzovoort.
Tot zover het combineren  -  tot een ontwerp.

In een biobad evenwel, met de s-spil, met zeg een bundel s-spillen
(d - d, e - e, f - f; figuur e., van/als overigens in elkaar genestelde
buisspiralen), als basis en meerdere opperwezenlijke v-spildelen
(a, b, c) aan/als de gelede spits, zijn de staande driehoekzijden
(reeds zo genoemde) boogkrachten (d - a - d, e - b - e, f - c - f).
En vervoegt elk v-spildeel, in zijn gestabiliseerde boogkracht, zich
   
 terstond in
    ontmoetingsrelatief de
    s-spil (a
g, bh,
    ci) zelf   -  als,
    gecombineerd met de
    s-spil(bundel), tot een
 
  mede vanuit de
    opperwezenlijke v-spil 
    aangedragen ontwerp.
    Maar reeds bevindt zich
    in de s-spil(bundel) iets
    dergelijks; namelijk
    middels neutralisering
    aangedragen vanuit de
    zozeer werkzame
  b-spil(bundel) danwel,
vooreerst daartoe aangedragen vanuit het
(atomaire) biobadcompléx  -  als een zo te noemen werkstuk.
Aldus bevindt zich in de s-spil(bundel) én een ontwerp (vanuit
eerstens het atomaire biobadcomplex); en vervoegen zij zich in de
s-spil(bundel) tezaam tot in een uitgestabiliseerd, zo te noemen
werkelijk ontwerp.

Als resultaat een werkelijk ontwerp, alsof het werkstuk "uit een
reeks verschillende potten bestaat en waarbij zij alle vanuit de mede
ontwerpende opperwezenlijke v-spil van een passend deksel zijn
voorzien"  -  (onder ook neutralisering) in een stabiliseringsproces,
waarbij "op elk potje wel een deksel past".
Zulk een werkelijk ontwerp kan voorts op zijn beurt weer, terugwaarts/
toegespitst, worden opgeslagen in de opperwezenlijke v-spil, en
basaal/actief worden uitgedragen/toegepast (tot) in het biobadcompléx.
Daartoe wordt, in ontmoetingsrelatief-scheidingsrelatief de s-spil/v-spil/
b/spil, door centraal de beschikkende duokern (dk) zo'n werkelijk
ontwerp als in een bestek zeg successievelijk stek na stek
ver(opper)wezenlijkt en verwerkelijkt.
Maar intussen zijn daarmede dan toch de biobadomstandigheden
aangepast aan het biobad, als dienstig de biobadgesteldheid  -  mede
uitgevoerd door de (ver)bouwende spil alsook, bijvoorbeeld, allengs
naar de zin van het mede ontwerpend opperwezen (zie van de wezenlijke
zin ook het vorig hoofdstuk).

Tot zover een eerste verkenning van een biobad zijn gesteldheid.







                                           

                                                     * - * - * - *